Regen, regen en nog eens regen. Heel de maand februari was nat en onstuimig. Dudley, Eunice en Franklin spanden de kroon. Vaak leek het meer op herfst dan de koude wintermaand zoals we die nog kennen van vroeger. Dit natte weertype zorgde voor een flinke stijging in de grondwaterstanden. Wat betekent dat precies? En wat verwachten we de komende periode? En niet onbelangrijk: wie zijn nou eigenlijk de makers van deze maandelijkse waterberichten die de stand van ons watersysteem in de gaten houden?
De Waterkamer van Aa en Maas
Onze collega’s uit de Waterkamer maken iedere maand deze waterberichten. De Waterkamer is een ruimte binnen binnen ons waterschap waar we de stand van het watersysteem nauwlettend in de gaten houden. Hydrologen, informatiespecialisten, adviseurs peilbeheer en collega’s uit onze 4 districten werken samen om een overzicht te krijgen hoe ons watersysteem ervoor staat. In zowel droge als natte tijden.
Daarvoor gebruiken we verschillende systemen die ons exact de actuele situatie laten zien. Samen met de signalen uit het veld verwerken we dit gezamenlijke beeld tot het maandelijks waterbericht. Hierin krijgen ook actuele besluiten een plek. Zoals bijvoorbeeld aan het instellen van een beregeningsverbod, het hanteren van hogere peilen dan normaal of het aanpassen van de wateraanvoer.
Gevallen neerslag
In februari viel verspreid over ons beheergebied tussen de 92 en de 145 mm neerslag. Normaal valt er in diezelfde maand ongeveer 60 mm neerslag. Een flinke stijging en behoorlijk nat dus! De meeste neerslag viel in het noorden van ons beheergebied. Met name de 2e helft van februari was wisselvallig met veel regendagen. We kunnen ons allemaal nog goed de stormen Dudley, Eunice en Franklin herinneren.
Grondwaterstanden
De grondwaterstanden stegen grotendeels naar standen die behoorlijk hoog zijn voor de tijd van het jaar. Met name in de gebieden langs de Maas en het beekdal van de Aa tussen Helmond en Berlicum zijn nat. Op de hoger gelegen zandgronden en in het zuiden van het werkgebied zijn de grondwaterstanden normaal ofwel wat hoger voor de tijd van het jaar. Dat de grondwaterstanden in het zuiden van het werkgebied niet heel hoog zijn komt omdat daar minder neerslag is gevallen. De hoge gronden reageren trager op gevallen neerslag.
Het water in onze sloten en beken
De waterstanden in sloten en beken zijn aan het eind van de maand normaal tot iets verhoogd voor de tijd van het jaar. Dat geldt ook voor de afvoeren. Tijdens de stormen in het weekend van 18 en 19 februari hadden we wel te maken met hoge waterstanden. In dat weekend viel plaatselijk namelijk ook 60mm regen. Afgewaaide takken zorgden hier en daar voor verstoppingen van sloten en duikers. Het was een hele uitdaging om al dat water zonder problemen af te voeren. Maar dankzij de inzet van onze collega’s is het gelukt. Nergens is er sprake geweest van grootschalige overlast.
Bodem
De bodem is door de vele neerslag behoorlijk verzadigd met water. Op natte percelen zijn dan ook plassen zichtbaar. Het water moet daar de bodem nog intrekken als een spons. Dat heeft tijd nodig.
Maatregelen
- Peilbeheer: Het peilbeheer is gericht op het vasthouden van water waar het kan en afvoeren waar het moet. We hebben met de vele neerslag die verwacht werd hierop geanticipeerd. We verlaagden in de lagere en nattere delen van het werkgebied de stuwen van een hoge instelling naar streefpeil of nog lager om overlast te voorkomen. Op hoge gronden en ook rond natuurgebieden hebben we de stuwen hoog laten staan. Op deze manier hebben we ons voorbereid op de weersomstandigheden. We houden nog steeds water vast waar het kan en voorkomen tegelijkertijd wateroverlast.
- Wateraanvoer: De wateraanvoer in ons gebied werkgebied is niet maximaal, maar ingesteld naar de waterbehoefte van het gebied.
Verwachtingen watersysteem maart
We verwachten dat de eerste week van maart grotendeels droog verloopt, met 1 of 2 regendagen. Daarmee gaan de grondwaterstanden ook iets dalen, maar zijn ze nog steeds iets hoger dan gemiddeld voor de tijd van het jaar.